Wanneer is stalking strafbaar?

Hoewel de digitalisering verschillende nieuwe varianten heeft voortgebracht, is stalking al vele jaren opgenomen in de strafwet. De delictsomschrijving van belaging zoals de wettelijke omschrijving van stalking luidt, bestaat uit verschillende onderdelen. Zo is vereist dat de pleger een ‘oogmerk’ heeft op bepaalde gevolgen van zijn daad. Daarnaast betreft het een zogeheten klachtdelict. Dat betekent dat als het slachtoffer wil dat de belager wordt vervolgd door het OM, hij hier zélf aangifte van moet doen bij de politie. In dit blog zullen deze én enkele andere aspecten worden besproken.

1. Wat is stalking?

1.1. Delictsomschrijving

Allereerst is het goed om helder te hebben wat de wet stelt over belaging. In artikel 285b van het Wetboek van Strafrecht (Sr) lezen we daarover het volgende: ‘Hij, die wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk maakt op eens anders persoonlijke levenssfeer met het oogmerk die ander te dwingen iets te doen, niet te doen of te dulden dan wel vrees aan te jagen wordt, als schuldig aan belaging, gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of een geldboete van de vierde categorie’.

De tekst van dit artikel geeft aanleiding om enkele onderdelen van de strafbepaling te ontleden. Op die manier wordt een duidelijk beeld gevormd van de werking van het artikel en de grenzen daarvan.

1.2. Wederrechtelijkheid

In de delictsomschrijving staat het woord ‘wederrechtelijk’, wat zoveel betekent als dat het delict moet zijn gepleegd in strijd met het geldende recht. Dat lijkt misschien overbodig, want ieder delict in het Wetboek van Strafrecht kan geacht worden in strijd te zijn met het recht. De wetgever heeft dit echter bewust gedaan.

In de zogeheten Memorie van Toelichting bij dit artikel beschrijft de wetgever de situatie van een deurwaarder die een schuld komt opeisen. Deze is bevoegd om een schuldenaar op tal van manieren te blijven benaderen en handelt daarmee dus niet in strijd met het recht. Om de strafbaarheid van dergelijke werkzaamheden uit te sluiten, is de term ‘wederrechtelijk’ opgenomen in de wettekst.

1.3. Stelselmatig karakter

Om binnen de grenzen van de delictsomschrijving te vallen, dient de belaging ook stelselmatig te zijn. Dat betekent volgens de wetgever dat bij één enkel telefoontje in geen geval sprake kan zijn van belaging. Bij een combinatie van verschillende werkwijzen, bijvoorbeeld het sturen van tekstberichten en het achtervolgen op straat, kan dat overigens wél. Centraal staat het vereiste dat er sprake is van enige vorm van intensiteit, duur en/of frequentie.

De rechtbank Rotterdam sprak in februari 2021 een verdachte vrij van belaging, omdat niet werd voldaan aan deze stelselmatigheid. Deze verdachte had op drie momenten verspreid over ruim een jaar contact gezocht met de aangeefster. Omdat niet werd voldaan aan de stelselmatigheid, werd de verdachte vrijgesproken. Het kan dus van groot belang zijn voor een verdachte om te bepleiten dat er géén sprake is van stelselmatigheid.

1.4. Oogmerk

In het Wetboek van Strafrecht worden verschillende termen gebruikt om aan te geven dat een dader een bepaald doel voor ogen moet hebben gehad met zijn gedraging. Eén van die termen is ‘oogmerk’. In de context van belaging gaat het om de ander ‘te dwingen iets te doen, niet te doen of te dulden dan wel vrees aan te jagen’.

Niet vereist is dat het slachtoffer daadwerkelijk iets heeft gedaan of nagelaten als gevolg van de acties van de dader. Dit bestanddeel ziet puur op de intentie van de dader, waardoor dit niet altijd eenvoudig te bewijzen is. Volgens de wetgever moet het gaan om een inbreuk die ‘in het algemeen (…) geschikt en geëigend is een bepaalde opstelling teweeg te brengen’.

In april 2020 oordeelde de Hoge Raad overigens dat het heimelijk filmen van een buurvrouw gedurende twee jaar, zonder dat zij dat wist, ook het vereiste oogmerk op kan leveren.

2. Waarom is stalking een klachtdelict?

2.1. Klachtdelict

Het tweede lid van artikel 285b Sr bepaalt dat vervolging pas plaats kan vinden na een klacht van het slachtoffer. Dit is een uitzondering in het strafrecht. Het overgrote deel van de strafbepalingen is niet afhankelijk van een dergelijke klacht. Dat zou immers de vervolging van strafbare feiten in de weg kunnen staan.

2.2. Privacy slachtoffer

Toch kiest de wetgever hier om het slachtoffer het ‘startschot’ voor de vervolging te laten geven. Uit de parlementaire geschiedenis blijkt dat dit te maken heeft met de privacy van het slachtoffer. Het belang van het slachtoffer is van meer waarde dan het algemene belang om strafbare feiten te vervolgen. Kiest het slachtoffer, bijvoorbeeld vanwege de persoonlijke relatie met de dader, ervoor om géén klacht in te dienen, dan mag het OM dus niet overgaan tot vervolging.

3. Conclusie

3.1. Diverse bestanddelen

Er zijn verschillende bestanddelen die moeten worden bewezen om tot een bewezenverklaring van belaging, in de volksmond stalking geheten, te komen. De meest in het oog springende bestanddelen van de strafbepaling zijn in dit blog besproken zoals de wederrechtelijkheid, het stelselmatige karakter en het oogmerk.

3.2. Veroordeling voorkomen

Vanwege al deze voorwaarden zijn er veel grensgevallen denkbaar, waarin het zeer goed verdedigbaar is dat niet wordt voldaan aan alle genoemde vereisten. Indien u wordt verdacht van belaging zijn er dus verschillende argumenten die een veroordeling kunnen voorkomen. Er kan bijvoorbeeld bepleit worden dat het vereiste oogmerk ontbreekt, of dat er geen sprake is van het stelselmatige karakter. Het is van groot belang dat u zich in dat geval laat bijstaan door een gespecialiseerde advocaat.

 

Meer informatie of hulp nodig?

Neem voor meer informatie over dit onderwerp contact op met:

Wat zijn de kosten?

Klik hier voor meer informatie over de wijze waarop uw advocaatkosten kunnen worden vergoed en welke betalingsmethoden ons kantoor hanteert.