Is uw vlucht vertraagd, geannuleerd of overboekt? Dan heeft u wellicht recht op een wettelijke vergoeding tot wel € 600,-. De hoogte van het bedrag van compensatie hangt af van de duur van de vertraging en de afstand van de vlucht. Passagiers hebben al sinds 2004 recht op compensatie. In dat jaar legde de Europese Unie wettelijk vast dat passagiers bij het annuleren van hun vlucht of bij overboeking naar een andere vlucht compensatie kunnen eisen. In het Sturgeon-arrest werd die regel in 2009 uitgebreid. We bespreken de vijf meest gestelde vragen over deze compensatie.
1. Wanneer heb ik recht op een vergoeding?
Verordening 261/2004 (hierna: “de Verordening”) beschermt de rechten van passagiers in het geval van een vluchtvertraging, een geannuleerde vlucht of een overboekte vlucht.
De Verordening stelt de minimumrechten vast die luchtreizigers hebben bij:
- Instapweigering tegen hun wil (artikel 4 van de Verordening).
- Annulering van hun vlucht (artikel 5 van de Verordening).
- Vertraging van hun vlucht (artikel 6 van de Verordening).
A. Instapweigering tegen hun wil (artikel 4)
Wanneer een luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert redelijkerwijs instapweigering voor een vlucht kan verwachten (overboeking), vraagt zij eerst of er vrijwilligers zijn die hun boekingen willen opgeven in ruil voor bepaalde voordelen, onder voorwaarden die moeten worden overeengekomen tussen de betrokken passagier en de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert. Vrijwilligers krijgen bijstand overeenkomstig artikel 8 (recht op terugbetaling of een andere vlucht).
Indien het aantal vrijwilligers dat zich aanbiedt niet voldoende is om de resterende passagiers met boeking te laten meevliegen op de vlucht, kan de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert passagiers tegen hun wil de toegang tot de vlucht weigeren.
Indien passagiers tegen hun wil de toegang tot een vlucht wordt geweigerd, compenseert de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert hen onmiddellijk overeenkomstig artikel 7 (recht op compensatie) en biedt zij hun bijstand overeenkomstige de artikelen 8 (recht op terugbetaling of een andere vlucht) en 9 (recht op verzorging).
B. Annulering van hun vlucht (artikel 5)
In geval van annulering (het niet uitvoeren van een geplande vlucht waarop ten minste één plaats was geboekt) van een vlucht:
- wordt de betrokken passagiers door de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert bijstand geboden als bedoeld in artikel 8 (recht op terugbetaling of een andere vlucht);
- wordt de betrokken passagiers door de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert bijstand geboden als bedoeld in artikel 9 (recht op verzorging);
- hebben de betrokken passagiers recht op de in artikel 7 bedoelde compensatie door de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert, tenzij:
- de annulering hun tenminste twee weken voor de geplande vertrektijd wordt meegedeeld, of
- de annulering hun tussen twee weken en zeven dagen voor de geplande vertrektijd wordt meegedeeld en hun een andere vlucht naar hun bestemming wordt aangeboden die niet eerder dan twee uur voor de geplande vertrektijd vertrekt en hen minder dan vier uur later dan de geplande aankomsttijd op de eindbestemming brengt, of
- de annulering hun minder dan zeven dagen voor de geplande vertrektijd wordt meegedeeld en hun een andere vlucht naar hun bestemming wordt aangeboden die niet eerder dan één uur voor de geplande vertrektijd vertrekt en hen minder dan twee uur later dan de geplande aankomsttijd op de eindbestemming brengt.
Een luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert, is niet verplicht compensatie te betalen indien zij kan aantonen dat de annulering het gevolg is van buitengewone omstandigheden die ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet voorkomen konden worden. We komen hier later op terug.
Europese Hof: plicht om reizigers te informeren
De plicht om reizigers te informeren over annuleringen ligt bij de luchtvaartmaatschappij. Het Europees Hof van Justitie heeft geoordeeld dat luchtvaartmaatschappijen verplicht zijn ook de reizigers die boeken via een reisbureau in te lichten wanneer hun vlucht is geannuleerd. Dit dienen zij minstens twee weken voor de vertrektijd van de vlucht te doen. De uitspraak van het Europees Hof van Justitie werd gedaan in een zaak van een passagier tegen de Surinaamse Luchtvaart Maatschappij. Hierbij werd aangegeven dat de luchtvaartmaatschappij verplicht is compensatie te betalen wanneer niet aangetoond kan worden dat de passagier meer dan twee weken voor de geplande vertrektijd op de hoogte is gesteld van de annulering van de vlucht.
C. Vertraging van hun vlucht (artikel 6)
Wanneer een luchtvaartmaatschappij die een vlucht uitvoert redelijkerwijs kan verwachten dat een vlucht een vertraging tot na de geplande vertrektijd oploopt, en wel;
- van twee uur of meer voor alle vluchten van 1500 km of minder;
- van drie uur of meer voor alle vluchten binnen de EU van meer dan 1500 km en voor alle andere vluchten tussen 1500 en 3500 km;
- van vier uur of meer voor alle vluchten die niet onder a of b vallen;
dan wordt de passagier door de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert, bijstand gebonden als bedoeld in artikel 9 .
Is uw vlucht met meer dan vijf uur vertraagd? Dan kunt u ervoor kiezen om uw vlucht te annuleren en een volledige terugbetaling van uw originele vliegticket te krijgen.
Komt u drie of meer uren later dan gepland op de eindbestemming aan? Dan kunt u een compensatie voor de vertraging van de vlucht bij de luchtvaartmaatschappij claimen. Bent u ten minste twee weken voor de geplande vertrektijd op de hoogte gebracht van de vertraging, dan heeft u geen recht op compensatie.
2. Wanneer is sprake van buitengewone omstandigheden?
Als er sprake is van een buitengewone omstandigheid bij vluchtvertraging vervalt het recht op compensatie. Er wordt gesproken van een buitengewone omstandigheid als de luchtvaartmaatschappij kan aantonen dat zij niet verantwoordelijk is voor de vertraging en er alles aan heeft gedaan om op tijd te vertrekken. Voorbeelden van een buitengewone omstandigheid bij vluchtvertraging zijn weersomstandigheden waardoor het vliegtuig niet kan vertrekken of landen, terrorisme, staking van derden zoals de luchtverkeersleiding of een medische noodlanding.
1. Europese Hof: geen recht op compensatie bij aanvaring met vogel(s)
Het Europese Hof van Justitie heeft op 4 mei 2017 in een prejudiciële beslissing uitgesproken dat, voor zover vertraging van de vlucht met drie uur of meer wordt veroorzaakt door een aanvaring met een vogel, de luchtvaartmaatschappij geen compensatie hoeft te betalen. Het Hof legt de Verordening (artikel 5 lid 3) zo uit, dat een aanvaring tussen een vliegtuig en een vogel valt onder het begrip ‘buitengewone omstandigheden’. Een luchtvaartmaatschappij kan zich volgens het Hof niet voorbereiden op een ‘Birdstrike’ waardoor dit niet onder de normale bedrijfsvoering van de luchtvaartmaatschappij valt. Het wordt dus gezien als een buitengewone omstandigheid, en wanneer deze zich voordoet, hoeft een luchtvaartmaatschappij geen compensatie te betalen.
2. Europese Hof: recht op compensatie bij technisch mankement
Luchtvaartmaatschappijen die claims afwijzen, beroepen zich vaak ten onrechte op een ‘buitengewone omstandigheid’ als de vertraging of annulering door een technisch probleem is ontstaan. Het Europese Hof van Justitie heeft bepaald dat een technisch mankement niet onder ‘buitengewone omstandigheden’ valt. Dit blijkt uit een uitspraak van het Europese Hof in een zaak van een Nederlandse passagier tegen KLM. Een technisch mankement is, volgens het Europese Hof, inherent aan de bedrijfsvoering van luchtvaartmaatschappijen.
3. Wanneer is de Verordening van toepassing?
De Verordening is alleen van toepassing in de volgende situaties:
- Als uw vlucht vertrekt vanaf een luchthaven in de Europese Unie.
- Als u vertrekt vanuit een land buiten de Europese Unie naar een luchthaven in de Europese Unie door een luchtvaartmaatschappij uit de Europese Unie.
Het is belangrijk dat een passagier een geldige boeking heeft en zich op tijd heeft gemeld bij de incheckbalie. De Verordening is niet van toepassing op passagiers die gratis reizen of tegen een gereduceerd tarief, dat niet voor het publiek toegankelijk is, zoals personeelskorting.
Artikel 15 van de Vordering bepaalt tot slot dat de uit de Verordening voortvloeiende verplichtingen ten aanzien van de passagier niet kunnen worden beperkt of teniet worden gedaan door middel van bijvoorbeeld een beperkings- of ontheffingsclausule in de vervoerovereenkomst.
Rechtbank Midden-Nederland: Verordening niet van toepassing
In de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland ging het om reizigers die twee vluchten hadden geboekt bij een luchtvaartmaatschappij: een vlucht van Amsterdam naar Abu Dhabi en aansluitende vlucht van Abu Dhabi naar Bangkok. De eerste vlucht had een minimale vertraging. De tweede vlucht, van Abu Dhabi naar Bangkok, is geannuleerd. De Verordening is niet van toepassing op de vlucht van Abu Dhabi naar Bangkok. Het betoog van de reizigers dat de twee vluchten één vliegtraject vormden wordt, onder verwijzing naar het Emirates-arrest (C-173/07), verworpen. Ook het beroep op het Folkerts-arrest helpt de reizigers niet om de gevorderde compensatie te verkrijgen, nu de minimale vertraging van de vlucht van Amsterdam naar Abu Dhabi er niet toe heeft geleid dat zij met vertraging in Bangkok zijn aangekomen.
4. Op welke vergoeding heb ik recht?
De hoogte van de compensatie, als bedoeld in artikel 7, bij instapweigering, annulering van uw vlucht en vertraging, wordt bepaald aan de hand van de afstand die u vliegt en de lengte van de vertraging volgens onderstaande tabel.
Lengte van de vlucht | Vertraging bij aankomst | Compensatie |
---|---|---|
1500 km of minder | Meer dan 3 uur | € 250,- |
Meer dan 1500 km binnen de EU of andere vluchten tussen 1500 en 3500 km | Meer dan 3 uur | € 400,- |
Meer dan 3500 km | Tussen 3 en 4 uur | € 300,- |
Meer dan 3500 km | Meer dan 4 uur | € 600,- |
5. Hoe dien ik een claim in bij de luchtvaartmaatschappij?
Mocht u problemen hebben gehad met uw vlucht, dan heeft u mogelijk recht op een compensatie. In de Verordening is bepaald wanneer u recht heeft op een compensatie. Deze compensatie kunt u claimen bij de luchtvaartmaatschappij.
Wijst de luchtvaartmaatschappij uw claim af, dan kunt u een klacht indienen bij de nationale handhavingsinstantie van het land waar het incident plaatsvond. In Nederland is dat de Inspectie Leefomgeving en Transpost (ILT).
Het is uiteraard ook mogelijk om uw advocaat in te schakelen om de claim in te dienen, de klacht in te dienen of een gerechtelijke procedure te starten tegen de luchtvaartmaatschappij.
Bron(nen):
- uitspraak van het Europese Hof van Justitie van 11 mei 2017
- uitspraak van het Europese Hof van Justitie van 4 mei 2017
- uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 30 maart 2016
- uitspraak van het Europese Hof van Justitie van 17 september 2015
- uitspraak van het Europese Hof van Justitie van 19 november 2009 (Sturgeon-arrest)
Meer informatie of hulp nodig?
Wat zijn de kosten?
Klik hier voor meer informatie over de wijze waarop uw advocaatkosten kunnen worden vergoed en welke betalingsmethoden ons kantoor hanteert.