Een schade: twee oorzaken?

Wanneer u schade lijdt door een fout van een ander, dient deze ander de door u geleden schade in beginsel te vergoeden. Het kan echter ook zo zijn dat er een fout wordt gemaakt waarvoor meerdere personen aansprakelijk kunnen zijn, maar niet duidelijk vast te stellen is wie van hen deze fout daadwerkelijk gemaakt heeft. Hoe wordt in dat geval bepaald wie welke schade dient te vergoeden?

Voorbeeld

Een klassiek voorbeeld van de hierboven geschetste situatie is het geval dat twee jagers iets zien bewegen in het bos en tegelijkertijd schieten. Door een van de kogels wordt een vogelaar geraakt. Wanneer het vervolgens niet is vast te stellen uit welk jachtgeweer de kogel afkomstig is, zijn beide jagers aansprakelijk voor de schade die deze wandelaar lijdt.

In een dergelijke situatie is sprake van alternatieve causaliteit. Alvorens hierop verder in te gaan bespreken we eerst wanneer sprake is van een onrechtmatige daad. Want alleen als sprake is van een onrechtmatige daad, dient de schade vergoed te worden door een of meerdere daders.

Onrechtmatige daad

Voor het bestaan van aansprakelijkheid voor de schade die is veroorzaakt door een fout dient aan onderstaande vereisten te zijn voldaan.

  1. Er dient sprake te zijn van een onrechtmatige gedraging.
  2. Deze gedraging moet toerekenbaar zijn aan de dader.
  3. Er moet daadwerkelijk schade zijn ontstaan.
  4. Er dient causaal verband te bestaan tussen de gedraging en de schade.
  5. Er dient voldaan te zijn aan de eisen van relativiteit.

1. Onrechtmatige gedraging

Een gedraging kan op verschillende manieren als onrechtmatig worden aangemerkt:

  1. Een gedraging is onrechtmatig als er inbreuk wordt gemaakt op een recht. Een voorbeeld van een inbreuk op een recht is bijvoorbeeld stalking, waarbij inbreuk wordt gemaakt op het recht op privacy.
  2. Verder is een gedraging is onrechtmatig indien de gedraging of het nalaten daarvan in strijd is met een wettelijke plicht is. Een gedraging die in strijd is met een wettelijke plicht is bijvoorbeeld het plegen van diefstal. Een nalaten dat in strijd is met een wettelijke plicht is bijvoorbeeld het niet direct gepaste actie ondernemen bij het waarnemen van brand, zoals het bellen van de brandweer.
  3. Tot slot is een gedraging onrechtmatig indien de gedraging of het nalaten daarvan in strijd is met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt. Gedragingen die in strijd zijn met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, kunnen bijvoorbeeld zijn het veroorzaken van geluidsoverlast of gevaarzetting of het achterhouden van bepaalde informatie.

Rechtvaardigingsgrond

Wanneer een gedraging of nalaten als onrechtmatige gedraging kan worden aangemerkt, maar er tegelijkertijd sprake is van een rechtvaardigingsgrond, is er geen sprake van een onrechtmatige daad en degene die de gedraging heeft verricht of juist heeft nagelaten niet aansprakelijk.

2. Toerekenbaarheid

Een gedraging is aan de dader daarvan toe te rekenen wanneer sprake is van schuld of van een oorzaak die krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening van de dader komt.

3. Schade

De benadeelde persoon dient daadwerkelijk schade te hebben geleden. Vermogensschade (vermogensdaling of gemiste vermogensstijging) en immateriële schade komen voor vergoeding in aanmerking. Vermogensschade wordt in beginsel volledig vergoed en immateriële schade wordt slechts naar billijkheid vergoed. Daarnaast kan immateriële schade slechts in de bij wet bepaalde gevallen worden gevorderd.

4. Causaal verband

De dader is slechts aansprakelijk voor de schade wanneer er een causaal verband (oorzakelijk verband) bestaat tussen de toerekenbare, onrechtmatige gedraging en de schade. Voor aansprakelijkheid dient de gedraging derhalve de oorzaak te zijn van de ontstane schade (gevolg).

Bij alternatieve causaliteit ontbreekt het causaal verband tussen de individuele gedragingen en het ontstaan van de schade, maar is er wel degelijk een causaal verband tussen de gezamenlijke gedragingen en het ontstaan van de schade.

In ons voorbeeld staat namelijk wel vast dat het schieten door de twee jagers heeft geleid tot het letsel van de wandelaar. Het is evenwel niet mogelijk om een causaal verband te leggen tussen het schieten van de ene jager en het letsel of het schieten van de andere jager. Maar vaststaat dat het letsel het gevolg is van hun gezamenlijke gedragingen.

5. Relativiteit

Het relativiteitsbeginsel houdt in dat de door de onrechtmatige gedraging geschonden norm ter bescherming van de benadeelde dient te strekken om hiervoor aansprakelijk te kunnen worden gehouden. Er is bijvoorbeeld sprake van relativiteit wanneer iemand van een trap zonder trapleuning valt. Een trapleuning is immers juist bedoeld ter ondersteuning en om te voorkomen dat men van de trap valt.

Wanneer de leverancier van de trappen zijn bedrijf uitoefent zonder vereiste inschrijving in het register van de kamer van koophandel dan strekt die norm echter niet tot bescherming van gebruikers van de trap. Iemand die van een deugdelijke trap valt, kan in principe geen schade vorderen op grond van het feit dat de leverancier geen inschrijving heeft gerealiseerd.

Alternatieve causaliteit

In ons voorbeeld bestaat het probleem dat niet kan worden vastgesteld wiens gedraging tot het schadeveroorzakende feit (het letsel van de vogelaar) heeft geleid. Dit probleem wordt alternatieve causaliteit genoemd. In een dergelijk geval zijn er twee (of meer) alternatieve oorzaken voor de schade.

Voorwaarden

Om in een dergelijk geval aansprakelijk te kunnen worden gesteld voor de geleden schade dient aan onderstaande voorwaarden te zijn voldaan:

  1. De dader is aansprakelijk voor een feit dat de gehele schade kan hebben veroorzaakt.
  2. Een of meer anderen zijn aansprakelijk voor feiten die de schade geheel of gedeeltelijk kunnen hebben veroorzaakt.
  3. De schade is het gevolg van ten minste één van deze feiten.

Hoofdelijk aansprakelijk

Wanneer schade door meerdere daders veroorzaakt kan zijn, is iedere dader daarvoor hoofdelijk aansprakelijk. Bij hoofdelijke aansprakelijkheid kan de benadeelde de volledige schade bij elk van de daders verhalen. De aangesproken dader kan vervolgens wel, in beginsel, de helft van het schadebedrag terugvorderen van de mede-dader. Dit wordt regres genoemd.

Een (mede-)dader kan slechts aan de aansprakelijkheid volgend uit alternatieve causaliteit ontkomen door aannemelijk te maken dat hij niet aansprakelijk is. Op welke manier hij dat aannemelijk kan maken, is afhankelijk van de specifieke omstandigheden van het geval.

Conclusie

Wanneer u schade lijdt door een fout waarvan niet is vast te stellen door wie van de mogelijk daders deze fout daadwerkelijk is gemaakt, kan ieder van de daders hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld. Dit kan wanneer de dader aansprakelijk is voor een feit dat de gehele schade kan hebben veroorzaakt, een of meer anderen aansprakelijk zijn voor feiten die de schade geheel of gedeeltelijk kunnen hebben veroorzaakt en de schade het gevolg is van ten minste een van deze feiten.

 

Meer informatie of hulp nodig?

Neem voor meer informatie over dit onderwerp contact op met:

Wat zijn de kosten?

Klik hier voor meer informatie over de wijze waarop uw advocaatkosten kunnen worden vergoed en welke betalingsmethoden ons kantoor hanteert.